Geruchten rijzen pan uit: deze spelers wil Club nog halen
De vraag is niet of, maar met wie Club Brugge zich deze zomer nog gaat versterken. Vooralsnog haalde de Belgisch landskampioen met Tibo Persyn en Stanley Nsoki twee nieuwe namen binnen, maar daar zal het niet bij blijven. Althans, als het aan Club Brugge ligt. De geruchten rijzen in ieder geval de pan uit. Op Álex Collado hoeft Blauw-Zwart niet meer te rekenen, maar Tajon Buchanon (22) en Owen Otasowie (20) staan nog wel bovenaan het wensenlijstje.
Ook vorig jaar wilde Club de selectie verder versterken. Het duurde echter tot de laatste dagen van de transfermarkt aleer de eerste serieuze aanwinst binnen was. Noa Lang kwam pas op de valreep van de zomerse mercato over van Ajax. Deze zomer sloeg Club Brugge wat eerder toe. Zoals hierboven al vermeld haalde Club met Persyn en Nsoki twee nieuwe verdedigers naar Jan Breydel. De defensie lijkt daarmee rond, maar op andere posities binnen de lijnen kunnen we nog wel het een en het andere verwachten.
Op het middenveld, bijvoorbeeld. Zo zou Blauw-Zwart zich naar verluidt graag willen versterken met Otasowie. De Amerikaan staat momenteel nog onder contract bij Wolverhampton, maar heeft daar niet heel veel uitzicht op speeltijd. Omdat hij volgend jaar graag met de Verenigde Staten naar het WK in Qatar wil, aast hij op meer speeltijd. Club zou al een bod van vier miljoen euro hebben gedaan, maar dat is niet genoeg voor Wolverhampton. De 20-jarige middenvelder beschikt in Engeland over een in 2022 aflopend contract, dus heel veel meer zal Wolverhampton mogelijk niet vragen.
Otasowie is niet de enige Noord-Amerikaan die op het verlanglijstje van Club Brugge staat. Ook Buchanon kan zich naar verluidt verheugen op blauwzwarte interesse. De rechterflank maakte onlangs indruk op de Gold Cup. Hij werd zelfs uitgeroepen tot Jonge Speler van het Toernooi. Er is echter één probleem: zijn huidige werkgever New England Revolution wil hem eigenlijk pas in januari laten gaan. Dan is de Amerikaanse MLS afgelopen. Buchanon moet in ieder geval vijf miljoen euro kosten.