Dost is 'terug': ''Ik heb mijn stinkende best gedaan''

Bas Dost mocht het woensdagavond weer eens vanaf het begin laten zien. De laatste keer dat hij aan de aftrap stond van een officieel duel van Club Brugge, was op 1 augustus. In de bekerwedstrijd tegen Deinze kwam daar dus verandering in. Hij zal er een goed gevoel aan overhouden, want met twee doelpunten had hij een groot aandeel in de uiteindelijke 3-0 zege.

Club Brugge wilde Dost in de zomer van 2020 al graag naar Jan Breydel halen, maar toen werd hij nog te duur bevonden. Een paar maanden later hadden de Blauw-Zwarten meer succes. Dost tekende een contract voor anderhalf jaar. Zijn start was geweldig. Hij scoorde vijf keer in zijn eerste zes wedstrijden. Een droomhuwelijk leek in de maak, ware het niet dat zijn optredens na die goede start minder en minder werden. Dit seizoen verloor hij zijn basisplaats. ''Niemand zit graag op de bank. Het was een hele poos geleden dat ik nog eens mocht starten'', zei Dost na afloop van het duel met Deinze.

Dat was dus op 1 augustus, tijdens het bezoek aan Union. Sindsdien moest Dost het doen met invalbeurten. In de afgelopen wedstrijden werden dat er steeds meer. ''Als professional moet je er staan wanneer je dat gevraagd wordt. Ik heb mijn stinkende best gedaan en heb er weer erg van genoten.'' Hij maakte er dus twee, waar hij ook zomaar drie of vier keer had kunnen scoren. ''Het voelt als spits altijd lekker als je kan scoren. Het was weer even geleden voor mij. In de basis starten, gaf me ook een goed gevoel. De doelman pakte in de eerste helft enkele ongelooflijke ballen, dus was ik heel tevreden dat ik die goal scoorde. Ik was zo ontzettend blij dat de bal tegen de netten ging.''